We prijzen de schone lucht en het verminderde lawaai. We staan niet meer massaal in de file en we hoeven niet meer te zoeken naar die ene vrije parkeerplek. Ja, we missen onze collega’s, studenten en partners met wie we aan het innoveren zijn. Maar via scherm verloopt het contact eerlijk gezegd wel heel efficiënt.
De meerwaarde van fysieke vergaderingen, colleges en bilateraaltjes blijkt misschien minder groot dan we altijd dachten. Al (video)bellend krijg je ook veel gedaan met als surplus een belangrijke tijdwinst. We hoeven ons immers niet meer te verplaatsen van vergadering in gebouw A, naar projectbijeenkomst in gebouw B.
En wat een weldaad voor het milieu, nu al! Door de lockdown blijken we volgens Martien Visser, lector Energietransitie aan de Hanzehogeschool, veel gemakkelijker de doelstellingen uit het Urgenda-vonnis te kunnen halen. Hij zegt: “Tot eind april verwacht ik dat we ten opzichte van 2019 8 Mton CO2 zullen besparen.” Daaraan verbindt hij de oproep dat we dan wel structureel ons consumerende gedrag zullen moeten aanpassen.
Is het normaal dat ik minimaal vier keer per jaar in een vliegtuig stapte voor een vakantie, congres of gastcollege, naar het Verenigd Koninkrijk, Spanje of Slovenië voor soms minder dan €100,-? Is het normaal dat we op Alibaba een telefoonhoesje voor minder dan een euro kunnen bestellen? Is het normaal dat we kosteloos online aankopen kunnen retourneren, waarna veel winkels deze goederen ook nog eens vernietigen? Het antwoord luidt nee.
Het is fijn dat we online heel veel kunnen bestellen. Maar we moeten kritischer gaan kijken naar de uitwassen die de online-vrije economie-concurrentie met zich meebrengt. De chauffeurs van al die online-goederen worden slecht betaald en door de talloze bezorgdiensten wordt een onnodige hoeveelheid extra CO2 uitgestoten.
Er is een andere blockchain nodig om deze ontwikkeling om te buigen. Te denken valt aan een centraal punt waar alle bestellingen eerst worden verzameld voor een bepaalde wijk of regio. Vervolgens kunnen de goederen met één rit op vaste frequenties (eens per dag of twee dagen) worden bezorgd. Ik hoef niet zo nodig mijn online-bestelling vanavond of morgenochtend al in huis te hebben.
Nederland bezet de vijfde plaats van de World Happiness index. We hebben het goed. We hebben voldoende vet. In no-time hebben we niet alleen de intensive care-capaciteit weten te vergroten, maar ook een reddingsplan voor het bedrijfsleven uit de grond gestampt.
Maar tegelijkertijd was het op 3 mei voor Nederland Earth Overshoot Day. Dat is onverteerbaar. We hebben dus, zelfs tijdens de lockdown, in slechts vier maanden tijd ons deel van de wereldwijd beschikbare grondstoffen voor het hele jaar opgemaakt. Dit kunnen we niet langer verkopen. Het is zaak om nu te veranderen.
In het hoger onderwijs kan heel veel online, zo is gebleken. De lockdown heeft een ongekende disruptie teweeg gebracht. Natuurlijk, niet alles kan digitaal, maar wel veel. Het gemis aan persoonlijk contact zouden we uitstekend met een dag of twee per week fysieke aanwezigheid kunnen ondervangen, uiteraard met inachtneming van de RIVM-richtlijnen. Dat scheelt ons al heel veel reistijd en CO2-uitstoot.
En wat in het hoger onderwijs kan, lijkt mij ook in meer branches mogelijk: minimaal 50% van de werktijd thuiswerken. Natuurlijk kan het niet in alle sectoren, maar er blijkt meer mogelijk dan we tot nu toe dachten.
Daarnaast zou ik het toejuichen als we vliegtickets met btw gaan belasten en kerosine met accijns. Een logische stap en wel zo eerlijk ten opzichte van andere brandstoffen. Ook korting die grootverbruikers op de gasprijs krijgen is contraproductief en zou per direct moeten worden afgeschaft. Ten derde is een verbetering van de treinverbindingen hard nodig om te stoppen met de ongeremde uitstoot van broeikasgassen. In theorie kan de 1750 km van Amsterdam naar Madrid in 4 uur worden afgelegd bij een treinsnelheid van 500 km per uur. Nu nog de praktijk!
Het is dus tijd voor actie. Niet alleen actie door de regering, maar ook actie door ons, als betrokken bewoners van onze eigen regio. Er zijn mogelijkheden te over. We kunnen onze lokale economie versterken door onze producten bij lokale boeren en middenstanders te kopen. We kunnen voor onze reizen binnen Europa de trein overwegen in plaats van het vliegtuig. We kunnen onze consumptie verminderen door vlees niet langer iedere dag deel uit te laten maken van ons menu. Met e-bikes, pedelecs en fossielvrije auto’s kunnen we ook een aanzienlijke bijdrage leveren.
Ik wil niet de moraalridder uithangen en bepalen wat iemand wel of niet kan of mag doen. Ik verkeer in de gelukkige omstandigheid dat ik mijn carbon footprint behoorlijk naar beneden kon krijgen dankzij een nieuwbouwhuis met zonnepanelen en dieptewarmtepomp. Maar ook wie dat geluk niet heeft, kan de handschoen oppakken. Corona leert ons een les. Minder verplaatsingen, minder ondoordachte consumptie, meer tijd en meer schone lucht: op naar het nieuwe normaal!
Wim Elving is lector Sustainable Communication binnen het lectoraat Communication, Behaviour & the Sustainable Society (CBSS) bij EnTranCe – Centre of expertise Energy.
